P/P | r2c | April: The Necessary Symmetry of Two


| click photo or here for r2c new dutch poetry | HOME |
Two Fishermen, Early Spring—the alps "...and then I sat myself in a chair,
with hands folded and /
   decidedly not slouched—
this is how my grandmother /
   would sit in black,
as a diadem-spider in her web /
   amongst the geraniums."

from Photo Negative, a
poem by C.O. Jellema

This week, an image called
Two Fishermen.
Also: seven new translations
of Lowland poems.


rss: Twitter
r2c_dutchpoetry





The Necessary Symmetry of Two

O
ne of the things that walking in wilderness brings back to life within us is
a new-found appreciation of the uniqueness of the human form. For a simple
reason: After days of encountering no one, to see at a distance another being
of the same species does indeed make a powerful impression—the upright,
slender form, the rhythm of the movement, our remarkable instaneous need
to know gender, age, disposition etc. But there is also the primal tendency
to call out to the other, with one's voice or a hand signal of some kind. Like
Rilke's late uncollected poem, A Walk has it, moving at a walker's pace
through a mysterious mountain landscape "
a sign appears, answering our
own sign
". And of course we do hope that we receive an echo or an answer
of some kind.

Perhaps one could go further and say that for us, this is where life begins.
That is—, with this dance of relationship between two human beings. In photo-
graphy, in a more abstract way perhaps, this is also in a way where composition
begins:


  as a line of tension or attraction which is only implicitly
  there
is instantly and effortlessly completed by the eye
.
  The rhythm of two points connecting, as it were.

The two points, together with the line between them, are completed by the
observer to form a triangle, which, as Buckminster Fuller used to say, is the
simplest of all possible systems.




(See the photo of two fishermen above to
observe how this perceptual process works.)


In poetry, something very similar takes place in that, evidently, the necessary
symmetry of two—by that I mean simply that the two wishes to complete
itself somehow, be whole, as it were—can be assumed and left for the reader/
listener to complete by him- or herself. In other words, very little need
be said to conjure up an entire tableau when it comes to the relationship
between two people. It is interesting, I think, to look at the new translations
I've brought together here as a sequence of seven pieces from this perspective.
Let's look then where they take us:








Twee Vrienden

De maan maakt de nacht tot een sneeuwwit veld.
een man heeft zijn vriend van zijn leven verteld:

er is door dit spreken een wonder gebeurd:
hun harten zijn zozeer eender gekleurd

dat de een als hij soms naar de ander ziet
bij zichzelve zegt: maar ben ik dat niet?

een vrouw; nog een vrouw; een verterend gemis.
het is alsof alles ten einde is:

want één hart blijft thuis en één hart gaat op reis
maar geen van twee vindt het Paradijs.

   Hendrik Marsman
(1899-1940)
Two Friends

The moon makes a snowwhite field of the night.
a man has told a friend all about his life:

a miracle has taken place because of this talking:
their hearts have become as two together walking

that the one as he sometimes looks back
says to himself: but am I not like that?

a woman; yet another woman; an absence consuming.
it is as if it is the end of everything:

for one heart journeys forth and one heart stays home
but neither of the two finds Paradise alone.





Kleine Kaballistiek voor Kinderen

De 4 is vierkant manlijk
de 3 rond en vrouwelijk
de 9 is een verre nicht
van 6 meer in het licht
de 7 staat apart
tegen zijn stok verstard.

Hij zal wel heilig wezen
wij hebben niets te vrezen
de 8 twee nullen op elkaar
lacht maar lacht maar
de 5 is een oud wijf
heeft weinig om het lijf.

De 2 is blij en wittig
blond kindje van de 20
de 1 is gans alleen
maar huwt ze later alle 10
10
het staat nog te bezien.

 Gerrit Achterberg
(1905-1962)
A Small Cabala for Children

4 is squarely masculine
and 3 round and feminine
9 is distant and out-of-sight
of 6 more of the light
7 stands apart
against its stick so hard.

Probably a saint is he
so nothing to fear have we
8 has two zeros one above the other
just laugh just laugh
5 is an old hag
with on her body not even a bag.

2 is happy and whitish
a fair child of about 20
1 is completely alone
but marries later all 10
10
it remains to be seen.





Echtpaar in de Trein

   voor Wobke

Met de allerliefste in een trein
kan aangenaam en leerzaam zijn.
De prachtig vormgegeven stoel
geeft allebei een blij gevoel.

Voor 't verre reisdoel kant en klaar
zit ik dus tegenover haar.
De trein maakt zijn vertrouwd geluid
en zij rijdt vóór-, ik achteruit.

We zien dezelfde dingen wel,
maar ik heel traag en zij heel snel.
Zij kijkt tegen de toekomst aan,
ik zie wat is voorbijgegaan.

Zo is de huwelijkse staat:
de vrouw ziet wat gebeuren gaat,
terwijl de man die naast haar leeft
slechts merkt wat zijn beslag al heeft.

Van nieuw begin naar nieuw begin
rijdt zij de wijde toekomst in,
en ik rij het verleden uit.
En beiden aan dezelfde ruit.

   Willem Wilmink
(1936)
Married Couple in the Train

   for Wobke

With one's dearest sweetheart in the train
can be so pleasant and keeps one sane.
The wonderfully fashioned chair
is for both such a happy affair.

Before our destination ready to go
I sit across from the one that I know.
The train makes its usual sound
as I ride backwards—, and she forward-bound.

Both of us see the same things go by,
but I quite slow while for her they fly.
Thus far into the future she can see,
where I have the past for company.

So is the married state:
the woman sees what is their fate,
while the man who lives beside her
only notices that which for him is near.

From beginning to new beginning
she into the distant future rides,
and I ride away from what is past.
And both before the same bit of glass.





In het Gedicht

De wanden zijn wit en de psychiaters
verdacht vriendelijk. Er is hoop
op genezing, maar ik heb nog niemand
zien weggaan, of hij kwam weer terug.

Dagen dat ik op weg naar mijn eigen kamer
verdwaal wisselen zich met dagen
waarop ik de wereld doorschouw als een kristal.

Soms word ik krijsend wakker.
Soms word ik afgevoerd en verdoofd,
soms vastgebonden.

Er zijn momenten waarop ik eeuwenlang
mijmerenmd volmaakt gelukkig ben:
wanneer ik mijn handen op de aarde leg
zijn het kleine handen.

Jotie T'Hooft
(1956-1977)
uit:
Verzamelde gedichten (1981)
Inside the Poem

The walls are white and the psychiatrists
are suspiciously friendly. There is still hope
for healing, but I've never seen anybody
go away who didn't come back again.

Days in which I get lost walking to my
own room alternate with other days
in which I see through the world like a crystal.

Sometimes I awake screaming.
Sometimes I'm taken away and drugged,
sometimes tied-up.

There are moments in which I'm eternally
completely happy, lost in day-dreaming:
when I lay my hands upon the earth
they are small hands.





Jiddish

Mijn vader zong de liedjes
die zijn moeder vroeger zong
later voor mij, die ze half verstond.

Ik zing dezelfde woorden weer
heimwee fladdert in mijn keel
heimwee naar wat ik heb.

Zing voor mijn kinderen
wat ik zelf niet versta
zodat zij later, later?

Voor de rozen verwelkt zijn
drinken wij al het bloemenwater.

Verdrietige intieme taal
het spijt me dat je in dit hoofd
verschrompelde.
Het heeft je niet meer nodig
maar het mist je wel.

Judith Herzberg
(1934)
uit:
Beemdgras (1968)
Yiddish

My father used to sing me
the songs that his mother used to sing
to him, that I myself only half understood.

I sing the same words again
homesickness flutters in my throat
homesickness for what I have.

Sing for my children
what I myself don't understand
so that they later, later?

Before the roses have wilted
we already have drunk the flower-water.

Sad intimate language
forgive me that you faded
in this head.
It doesn't need you any more
yet it misses you.





yet it misses yo

Foto Negatief

Met grote vingervlugheid
heb ik de tuin vol bloemen gezet,
het gras gemillimeterd en het
straatje naar de voordeur geveegd;

heb ik de wanden van de kamer aangetikt
om hun klank van kristal, en kranten
op tafel gelegd voor gezelligheid,
een boek open op zomaar een bladzij;

en toen ben ik gaan zitten op een stoel,
met gevouwen handen en volstrekt niet leunend—
zo zat mijn grootmoeder vroeger in 't zwart,
als een kruisspin in haar web tussen de geraniums.

   C.O. Jellema
Photo Negative

With great finger dexterity
I filled the garden with flowers,
mowed the grass down to the millimeter and
swept the little path to the front door;

I ticked upon the walls of the room
for their crystal sound, placed
newspapers on the table for atmosphere,
and opened a book to a haphazard page;

and then I sat myself in a chair,
with hands folded and decidedly not slouched—
this is how my grandmother would sit in black,
as a diadem-spider in her web amongst the geraniums.





De Liefde Moe

De liefde kent de tijd te goed
uren sterven als tantes op zondag.

Is het voorjaar? is het winter?
De bomen ontvangen de wind en buigen.

Mijn verlangen is moe, mijn adem tandenloos.
Ik ben het lichaamsdelen noemen moe,
zoals wij deden, tintelend van ontdekking.
Ik ben de liefde moe.

Alles gaat nu zwerven, door de wind verjaagd:
mijn handen, haar handen, mijn woorden,
seizoenen... wij nemen de pijn mee,
volgen de snelle liefde en sterven.
Ik zal zeker sterven, zwervend,
de liefde zoekend waar hij al eerder was,
tandenloos en moe.

   Remco Campert
(1929)
Tired of Love

Love knows the time that is owed it
hours die like aunts on Sunday.

Is it spring? Is it winter?
The trees receive the wind and are bent.

My desire is tired, my breath toothless.
I'm tired of naming parts of the body,
as we did, bubbling-over with discovery.
I'm tired of love.

Everything begins to drift, driven by the wind:
my hands, her hands, my words,
seasons... we take along the pain,
pursuing the quick love and die.
I'll die for sure, drifting,
looking for love where it once was,
toothless and tired.

   (all tr. Cliff Crego)






Below is a little slideshow
featuring my English translations
of Rainer Maria Rilke, presented together
with a collection of images from the Alps,
very close to where much of his later poetry was composed
.






Please follow r2c {Straight ROADS.
Slow RIVERS. Deep CLAY.]
on twitter . . .





See
also:

new
"Straight roads,
Slow rivers,
Deep clay."
A collection of contemporary Dutch poetry
in English translation, with commentary
and photographs
by Cliff Crego


| See also a selection of recent Picture/Poem "Rilke in translation" features at the Rilke Archive.

See also another website
by Cliff Crego:
The Poetry of
Rainer Maria Rilke
A presentation of 80 of the
best poems of Rilke in
both German and
new English translations
:
biography, links, posters


| # listen to other recordings in English and German of eight poems from
The Book of Images
at The Rilke Download Page (# Includes instructions)
|
| back to r2c | back to Picture/Poems: Central Display |
| Map | TOC: I-IV | TOC: V-VIII | Image Index | Index | Text OnlyDownload Page | Newsletter | About P/P | About Cliff Crego |


Photograph/Texts of Translations © 2001 Cliff Crego
(created
IV.29.2001) (revised IV.28.2002) (revised IV.22.2005)[[Special thanks to
Isabel Versteeg for pointing out a mistake I made in the translation
of the Judith Herzberg poem.]